Bruin Feijen was al een aantal jaren in dienst bij zijn pleegvader/oom als handelsreiziger. Om zijn beroep uit te kunnen oefenen kreeg hij al in 1907 (toen hij 17 jaar oud was) de beschikking over een automobiel. Het kenteken was D128. Uiteraard had Hendrik ook al de beschikking over een auto D74. Hendrik was sowieso snel met nieuwe technologie. Dat blijkt ook wel het telefoonnummer van de grossierderij : ‘1’.
Hendrik bleek een zeer succesvol ondernemer. Inmiddels had hij de zeepziederij van Trip overgenomen en was ook in de kunstmesthandel terechtgekomen. Deze handel was zeer lucratief en groeide zeer snel. Een en ander viel samen met het ontginning van het Drentse en Groningse veengebieden.
In maart 1914 staakte de veekoekenfabriek van de ‘Fa. Scholten en zn.’ haar activiteiten en werd het in percelen verdeelt en ‘bij palmslag’ verkocht.
Veel ondernemers uit Coevorden waren aan het bieden op de kavels. Waaronder Hendrik Spijkman, maar ook Jacob van Duijn. Een kassier en handelaar in effecten. Jacob was ook de aanstaande schoonvader van Bruin Feijen, want Bruin had inmiddels dikke verkering met Cornelia (de dochter van Jacob). Nadat de stofwolken waren opgetrokken (want door de mondelinge machtigingen voor het bieden, was niet duidelijk wie er daadwerkelijk aan het bieden was) bleek kavel VI, kantoor, pakhuis erf en open terrein aan de haven door Jacob van Duijn namens Bruin Feijen te zijn gekocht. Het kantoor en pakhuis betreft het rechterpand naast ‘het Arsenaal’.
Een en ander viel samen met de overdracht van de grossierderij van Hendrik aan Bruin per 1 april 1914. De grossierderij werd nu door Bruin voortgezet onder zijn eigen naam: B. Feijen, grossier. Uiteraard was Bruin er trots op dat hij nu zijn eigen bedrijf had. Dat werd bekrachtigd met een prachtig naambord naast de voordeur. Op het stuk open terrein naast het pakhuis besloot Bruin zijn woning te bouwen in een prachtige Jugendstil stijl.
Op 7 september 1916 trouwden Bruin en Cornelia. Op 16 september lieten zij zich inschrijven in hun nieuwe huis aan de Haven 6. Helaas heeft dit woonhuis, samen met de andere karakteristieke panden aan de Markt, de ‘vernieuwingsdrift’ van de gemeente Coevorden in de jaren ‘70 van de vorige eeuw niet overleefd. Het pakhuis gelukkig wel! Daarin is tegenwoordig het Coevorder museum gevestigd.
Hieronder de tekst uit de archiefstukken van Notaris Weijs te Coevorden van maart 1914 over de openbare verkoop van de bezittingen van de Fa Scholten en zn.